In 2016 werd Sander van der Vaart naast eigenaar Ad Kempen directeur van diens kwekerij. Sinds 1 januari dit jaar is hij mede-eigenaar van het bedrijf, dat tot de grotere in haar segment behoort. Hoewel hij niet op een kwekerij is opgegroeid, voelt hij zich er als een vis in het water. “Vanaf de bok kun je beter sturen dan vanaf de zijlijn”, stelt de voormalige consultant.

Hij kwam niet van een tuinbouwbedrijf, maar Van der Vaart voelde genoeg grootouderlijk tuindersbloed door zijn aderen stromen om na de middelbare school te kiezen voor de Agrarische Hogeschool in Delft. Als bedrijfskundige ging hij na enige jaren aan de slag bij LTO Groeiservice, waar hij financieel manager werd. Zijn brede interesse en ondernemingszin brachten hem in contact met tal van bedrijven en dat leidde tot initiatieven waaronder Fundaplant en de gewascoöperaties.

Nieuwe ervaringen

“Het crowdfunding platform Fundaplant was een antwoord op de kredietcrisis en ondergang van het Productschap Tuinbouw, dat bedrijven remde in hun ontwikkeling”, licht hij toe. “Het bestaat en functioneert nog steeds, al heeft het niet de vlucht genomen die ik had verwacht. De gewascoöperaties hebben mijn verwachtingen duidelijk wel overtroffen.”

Nog voor de ontmanteling van het PT en de overheveling van taken en mensen naar LTO Glaskracht Nederland – het huidige Glastuinbouw Nederland – vond Van der Vaart het tijd om nieuwe ervaringen op te doen. Dat deed hij drie jaar als financieel/algemeen directeur bij hortensiakwekerij Sjaak van Schie. In 2016 werd hij managementadviseur bij Triple Consultancy, dat zich richt op de tuinbouwsector. Het werd een onverwacht korte dienstbetrekking.

Een unieke kans

“F.N. Kempen werd mijn eerste en uiteindelijk enige klant”, blikt Van der Vaart terug. “Vlak voor de crisis had Ad zijn bedrijf sterk uitgebreid. Door hard aan te poten wist hij de kwekerij door het lange dal te loodsen, maar hij had zich bijna over de kop gewerkt en de organisatie was verre van af.”

De moegestreden ondernemer zocht versterking. In eerste instantie via een sparringpartner zoals Van der Vaart, maar al snel was duidelijk dat er een tweede directeur nodig was. Iemand die Kempen ontlastte van taken die hem minder goed lagen en in staat stelde om zich te concentreren op zijn passie: het telen van kwaliteitsplanten en het scouten van nieuwe soorten en gewassen.

“Met de persoon die Ad in eerste instantie benaderde ontbrak de juiste klik”, vervolgt de toenmalige adviseur. “Misschien hadden we toen allebei al het gevoel dat ik wel de goede man op de goede plaats zou zijn. Om een lang verhaal kort te maken: nog geen zes maanden na mijn start als consultant diende ik mijn ontslag in, even later was ik algemeen directeur van dit bedrijf. Het was een unieke kans om mijn jongensdroom van een eigen tuinbouwbedrijf te realiseren. Adviseren is leuk, maar vanaf de bok kun je beter sturen dan vanaf de zijlijn.”

Organisatie stroomlijnen

De rolverdeling was duidelijk. Ad Kempen nam gas terug en beperkt zich sindsdien tot de teelt en assortimentsontwikkeling. Van der Vaart heeft de dagelijkse leiding, met de taak om de organisatie te stroomlijnen en toekomstbestendig te maken. Vooral het stroomlijnen van de arbeidsfilm en de personele bezetting is op kwekerijen van vaste planten een hele uitdaging.

De directeur: “De kwekerij omvat 10 ha, waaronder 3 ha kassen voor de opkweek van vers opgepotte planten. Het feitelijke productieseizoen is kort. Het is altijd de vraag of je genoeg te bieden hebt om de kern van het personeelsbestand in de rustige periode gemotiveerd aan het werk te houden. Dat is wel onze uitdrukkelijke wens.”

Meer in de kas telen ziet de ondernemer niet zitten. “Wij zijn specialisten in buitenplanten”, legt hij uit. “Afgezien van de opkweek, vinden wij dat je alleen buiten een hoogwaardig, goed afgehard product kunt realiseren.”

Geen concessies

Om buiten de traditionele perioden in de vraag te kunnen voorzien, werkt Kempen al jaren samen met collega’s in Griekenland, Italië, Spanje en Portugal. In de winterperiode en het vroege voorjaar leveren zij planten volgens de gewenste specificaties, die in Mijdrecht buiten of in een koele kas worden afgehard.

“Wij bedienen de betere tuincentra en doen geen concessies aan de productkwaliteit”, vervolgt de ondernemer. “De samenwerking met onze partners, met name in Griekenland en Italië, is daarom hecht. Zij gebruiken hetzelfde uitgangsmateriaal uit weefselkweek als wij en telen volgens dezelfde richtlijnen. Ad en operationeel manager Sidney van der Meijden gaan er regelmatig langs voor teeltbegeleiding en overleg. Door het seizoen op deze wijze te vervroegen, is er bijna jaarrond werk voor onze leidinggevenden.”

Stippen op de horizon

Naast het arbeidsvraagstuk besteedt de kersverse mede-eigenaar veel aandacht aan automatisering, aan het versterken van de balans en aan verkoop en marketing. “Wij zijn geen productiebedrijf, maar een verkooporganisatie”, zegt hij met nadruk. “Voor een toekomstbestendig bedrijf is het essentieel om vast te stellen waar het naar toe moet. We hebben onze strategie opnieuw vastgesteld en een aantal ijkpunten benoemd die als stippen op de horizon staan.”

Eén van die stippen betreft de ambitie om door te groeien tot ‘preferred supplier’ van toonaangevende tuincentra. “Om bestand te zijn tegen marge-erosie, waarvan veel producenten last hebben, moet je meer bieden dan mooie planten alleen”, aldus de ondernemer. “Je moet op voorhand weten wat de klanten willen afnemen en hoe zij de producten aangeleverd willen krijgen. Daar moet je afspraken over maken met je eindafnemers en met de handelspartners die de logistiek en administratie afhandelen. In dergelijke verbanden kun je toegevoegde waarde realiseren door informatie te delen en processen verregaand te digitaliseren. Daar zijn we volop mee bezig.”

“Wie duurzaamheid predikt, moet met de billen bloot durven gaan.”

Overnemen en participeren

Sinds 1 januari is Van der Vaart mede-eigenaar van het bedrijf. Het onroerend goed bleef echter buiten de transactie. “Grond en opstallen vertegenwoordigen een aanzienlijk vermogen”, licht hij toe. “Grotere bedrijven zijn nauwelijks meer als één geheel te verkopen. Door exploitatie en onroerend goed te scheiden, kun je mensen van buiten als substantieel partner in het bedrijf laten stappen. Dit bedrijf is niet te groot om het in mijn eentje te leiden. Er zijn echter capabele mensen nodig om het werk goed en efficiënt uit te voeren. Ik overweeg daarom zeker om leidinggevenden op sleutelposities via participaties nog hechter aan het bedrijf te binden.”

Blijven verbinden

F.N. Kempen verrast de zakelijke relaties ieder jaar met een kick-off. Die kan variëren van een minibeurs op het bedrijf tot een foodtruck of een als showroom ingerichte trailer die klanten bezoekt. “Dit jaar doen we voor het eerst mee aan de FlowerTrials”, zegt de algemeen directeur. “Niet als leverancier van uitgangsmateriaal, maar als locatie waar veredelaars hun rassen presenteren. Daarmee slaan we twee vliegen in één klap, want Ad is voortdurend op zoek naar noviteiten en de trials vormen een mooie aanleiding om onze klanten uit te nodigen voor een bezoek.”

Ook buiten het eigen bedrijf zoekt Van der Vaart de verbinding. Bij Royal FloraHolland praat hij onder andere mee over verduurzaming. “Het is een belangrijk onderdeel van de ‘licence to produce’. Wij beschikken over MPS-A, zijn erkend nullozer en laten onze carbon footprint monitoren door Benefits of Nature. Het zou goed zijn dat iedereen binnen de keten, inclusief eindafnemers, daar rekenschap over aflegt. Dat is beter voor het milieu én voor de transparantie binnen de keten. Wie duurzaamheid predikt, moet ook met de billen bloot durven gaan.”

Samenvatting

Door het aantrekken van Sander van der Vaart als algemeen directeur en – sinds kort – mede-eigenaar, kon Ad Kempen zijn vasteplantenkwekerij consolideren en de organisatie professionaliseren. Op basis van eigen kracht, internationale samenwerking en gedigitaliseerde kennisuitwisseling met afnemers wil de directeur het bedrijf upgraden tot jaarrond ‘preferred supplier’ van de betere tuincentra in Europa.

Tekst: Jan van Staalduinen.
Beeld: Studio G.J. Vlekke.